Details
182 p.
Besprekingen
De Volkskrant
'Ge komt van ver', zegt haar moeder als ze haar vertelt dat ze elke zondag de mis bezoekt. In haar studententijd deed de Vlaamse Kristien Hemmerechts (1955) zoals zovelen afstand van het geloof, maar sinds 'een kleine drie jaar' kerkt ze bij het Antwerpse filiaal van Sant'Egidio, een relatief jonge lekenbeweging. Haar nieuwe adagium: eerst de armen omhoog, dan gespreid, als in - juist. In het vlot geschreven Van ver gekomen tracht ze ons, maar misschien vooral zichzelf, uit te leggen waarom ze terugkeerde tot de moederkerk. 'Geloof ik dat het brood in het lichaam van Jezus verandert, en de wijn in zijn bloed? (...) Natuurlijk geloof ik dat niet.' Als kerkelijk herintreder ('opterniefteling' is de Vlaamse term) stort ze zich op Bijbelexegese en meldt ze zich aan als vrijwilliger op een taalschool in een Cypriotisch vluchtelingenkamp. Het verslag daarvan wisselt ze af met levenswijsheden, met weetjes betreffende bijvoorbeeld de stoelgang ('Darmen zijn schandelijk ondergewaardeerde organen'), met overpeinzingen over de moeizame verhouding tot haar moeder en haar zus. Ook portretteert ze documentairemaakster Heddy Honigmann (1951-2022), met wie ze tot aan haar dood bevriend was. Dat is wel wat veel.
De Geus; 182 pagina's; € 20,99.